Beslissing 138: Mag de webwinkel een vervangend product leveren zonder dit met de consument overlegd is?
Onderwerp van het geschil
Het geschil vloeit voort uit de op 23 augustus 2022 tussen partijen online tot stand gekomen koopovereenkomst. Ondernemer is op grond van deze overeenkomst verplicht tot het leveren van een Samsung koel-vriescombinatie van het type RB34T600DSA tegen de daarvoor door Consument in drie termijnen (Pay in3) te betalen prijs van € 549,00’).
Het bestelde artikel was ten tijde van de levering niet op voorraad. Daarom is een alternatief model, een Inventum koelvriescombinatie van het type KV1800S geleverd. Deze levering vond plaats rond 25 augustus 2022. Het prijsverschil tussen het bestelde en het geleverde type zou aan Consument gerestitueerd worden. Tot het moment van levering was Consument niet op de hoogte van het type koelkast dat daadwerkelijk geleverd zou worden of van de prijs daarvan. Deze prijs wordt Consument pas duidelijk na ontvangst van de factuur ergens half september. Het geleverde type heeft een lagere waarde dan het bestelde type. Hoeveel minder de waarde is van het geleverde artikel is onderwerp van dit geschil.
Consument heeft de klacht voorgelegd aan Ondernemer en vervolgens om bemiddeling door Webwinkel Keur gevraagd. Dat heeft allemaal niet geleid tot een oplossing.
Standpunt van de consument
Consument gaat niet akkoord met het aangeboden alternatief voor de bestelde koelvriescombinatie, althans niet zonder dat het werkelijke waardeverschil tussen beide modellen aan haar wordt vergoed. Dat waardeverschil wil zij terugontvangen.
Standpunt van de ondernemer
Ondernemer heeft in het kader van deze zaak geen verweer gevoerd.
Overwegingen
Het niet (kunnen) leveren van het bestelde product en in plaats daarvan leveren van een product van mindere klasse levert non-conformiteit op in de zin van artikel 7:17 lid 2 BW. Het product heeft immers niet de eigenschappen die de consument daarvan mocht verwachten. In dat geval heeft een consument recht op vervanging (alsnog leveren van het bestelde product), dan wel ontbinding van de koopovereenkomst en/of schadevergoeding.
In geval van ontbinding moeten door partijen in het kader van de overeenkomst uitgevoerde verplichtingen ongedaan gemaakt worden. Voor de verkoper betekent dat restitutie van de aankoopsom, voor de consument komt het neer op retourneren van het geleverde artikel, zoveel mogelijk in originele staat. Als een koelkast al bijna een half jaar in gebruik is wordt dat laatste heel lastig.
Tussen partijen is overeen gekomen dat Consument het geleverde alternatieve product zou behouden, mits het prijsverschil tussen dit model en het bestelde model zou worden gerestitueerd. In het kader van deze uitspraak blijft dat voor de beoordelaar derhalve het uitgangspunt.
Is het bestelde product niet leverbaar en wordt een alternatief product geleverd, dan moet dat laatste qua prijs en kwaliteit vergelijkbaar zijn aan het bestelde product. De aan Consument geleverde koelkast is dat niet. Het is een model met geringere inhoud, van een ander merk en uit een lagere energieklasse. Het exacte prijsverschil tussen het bestelde en het geleverde model is echter lastig te bepalen. Bij verschillende leveranciers heeft het type koelkast dat is geleverd verschillende prijzen. Dat de waarde lager is dan door Ondernemer wordt gesuggereerd staat voor de beoordelaar echter wel vast. Uitschieters naar boven en naar beneden daar gelaten en uitgaande van de gemiddelde verkoopprijs per de datum van deze beslissing heeft de geleverde koelkast een waarde van €372 (gebaseerd op in drie winkels gevonden prijzen: € 349, € 379 en € 389). Consument heeft daarmee recht op een restitutie van in totaal € 177. Ondernemer heeft reeds een bedrag van € 100 aan Consument gerestitueerd, c.q. minder in rekening gebracht.
Beoordeling van het geschil
In het onderhavige geschil draait het om non-conformiteit. Tussen partijen is daarvoor in beginsel een oplossing afgesproken. Het geleverde artikel wordt, hoewel het niet het bestelde model is, door consument behouden. Ondernemer dient daarom aan Consument het waardeverschil tussen de geleverde en de bestelde koel-vriescombinatie te vergoeden. En daar lijkt het mis te gaan: de (markt)waarde die Ondernemer toeschrijft aan de geleverde koelvriescombinatie is lager dan het prijskaartje dat Ondernemer daarvoor hanteert.
Ondernemer heeft Consument een vergoeding, c.q. aftrek van € 100,00 toegekend. In werkelijkheid had dit € 177,00 moeten zijn. Consument heeft daarom recht op restitutie van nog € 77,00.
Beslissing
Beoordelaar acht de klacht van consument gegrond en komt tot de volgende beslissing:
Ondernemer moet aan Consument een vergoeding ter grootte van het prijsverschil van het bestelde en het geleverde product betalen, door de beoordelaar begroot op € 177,00 in totaal. Daarvan is reeds € 100,00 door Ondernemer betaald, c.q. in mindering gebracht, resteert derhalve € 77,00.
Ondernemer moet als de in het ongelijk gestelde partij voorts het betaalde klachtengeld ad € 25,00 aan Consument vergoeden. Ondernemer dient binnen 14 dagen nadat de inhoud van deze beslissing aan hem bekend is gemaakt uitvoering te geven aan de verplichtingen die volgen uit deze bindende beslissing.
Indien Ondernemer geen gehoor geeft aan aan deze bindende beslissing binnen de hierboven gestelde termijn, verbeurt hij een boete van € 25,00 per dag dat hij in gebreke blijft, met een maximum van € 500,00.
Aldus beslist door DigiDispuut op 9 maart 2023.