From the Blog

Beslissing 130: Bewijslast bij garantie

Onderwerp van het geschil
Op 8 juni 2021 heeft Consument online voor een bedrag van €1.098,99 een Bestway opzetzwembad van het type Power Steel ovaal (maat 549x274x122) gekocht in de webshop van Ondernemer. In het tweede gebruiksjaar constateert Consument bij het vullen van het zwembad dat dit lekt. Het zwembad wordt in een droge periode geplaatst en na het vullen zijn natte plekken te zien op de ondergrond waar het zwembad staat. Bij nadere inspectie ziet Consument beschadigingen aan de zwembadliner (de ‘zak’ die met water gevuld dient te worden). Consument meldt het euvel bij Ondernemer, die de zaak voorlegt aan de fabrikant van het zwembad, de firma Bestway. De leverancier heeft aangegeven geen garantie te geven op het doek van de liner. Ondernemer wijst de claim van Consument af onder verwijzing naar de voorwaarden van de fabrikant. Consument vindt dit niet terecht en legt de zaak voor aan Webwinkelkeur.

Standpunt van de consument
Consument is van mening dat het zwembad niet al na één jaar schade mag vertonen. Hij heeft eerder een – qua uiterlijk en prijs – vergelijkbaar zwembad gehad dat 10 jaar zonder problemen is meegegaan. Hij heeft (ook) dit zwembad normaal gebruikt. De eis van Consument is een vervangende liner, dan wel geld retour ontvangen.

Standpunt van de ondernemer
Ondernemer wijst de eis van Consument af met een verwijzing naar het ontbreken van leveranciersgarantie. De schade aan de liner zou door Consument zelf veroorzaakt zijn, althans de kans daarop is groot, vindt Ondernemer.

Overwegingen
Tussen Consument en Ondernemer is in juni 2021 een koopovereenkomst op afstand tot stand gekomen. Het aangekochte product dient aan deze overeenkomst te beantwoorden, wat wil zeggen dat het aangekochte product – bij normaal gebruik – moet voldoen aan de gerechtvaardigde verwachtingen van een koper. Dit wordt conformiteitsvereiste of wettelijke garantie genoemd (artikel 7:17 lid 1 BW). Wat een koper van een specifiek product mag verwachten is afhankelijk van de aard van het product. In het onderhavige geval is dat een zwembad dat in elk geval 10 jaar zonder problemen te gebruiken is. In productomschrijvingen van dergelijke zwembaden op internet wordt immers een levensduur van 10-15 jaar genoemd. Overigens is dit ook te lezen op de website van de leverancier van het zwembadtype in kwestie. Hier wordt voor zwembaden als deze een levensduur van 10 tot 15 jaar genoemd, zonder enige restrictie of gebruiksvoorwaarde. De schade is door Consument vastgesteld bij het opnieuw in gebruik nemen in de zomer van 2022, het tweede gebruiksjaar. Dat is te vroeg voor slijtage en/of lekkage.

Het product is aangekocht in juni 2021 en valt daarmee onder de ‘oude’ wettelijke regeling inzake bijzondere overeenkomsten (Boek 7 BW). Deze regeling gold voor aankopen tot en met 26 april 2022. Volgens deze regeling lag de bewijslast voor de deugdelijkheid van een geleverd product gedurende 6 maanden na aankoop op de verkoper (artikel 7:18 lid 2 BW). Anders gezegd: vertoont een product binnen zes maanden na aankoop tekortkomingen, dan wordt het geacht deze al bij aankoop te hebben gehad. Is een verkoper van mening dat het gebrek veroorzaakt is door toedoen van de consument, dan is het binnen genoemde periode aan hem om dit aan te tonen.

Vanaf zes maanden na aankoop ligt dat anders. Dan dient de consument aannemelijk te maken dat het gebrek reeds bij aankoop aanwezig was, althans, dat het niet is ontstaan door onzorgvuldigheid of onoordeelkundig gebruik van zijn kant. In het onderhavige geval is de schade aan het product door Consument ruim een jaar na aankoop, in het tweede gebruiksjaar, ontdekt. Consument heeft dit vrijwel direct aan Ondernemer gemeld. Door consument getoonde foto’s laten schade op diverse plaatsen aan de liner zien. Het lijkt erop dat de bovenlaag op die plaatsen iets los komt van de onderliggende laag.

Ondernemer wijst de claim van Consument af, daar deze door eigen toedoen zou zijn ontstaan. Hij beroept zich daarbij ook op de garantievoorwaarden van de leverancier van het zwembad. De leverancier sluit schade aan het doek van zwembadliners uit. Een consument gaat echter een verkoopovereenkomst aan met de verkoper, niet met de leverancier. Het is dan ook aan Ondernemer om tegenover Consument in te staan voor de deugdelijkheid van het product en een oplossing te zoeken voor de gerezen problemen, ongeacht wat zijn leverancier al dan niet garandeert. In de algemene voorwaarden van Ondernemer zelf, te lezen op diens website, staan geen uitsluitingen of gebruiksinstructies. In de ingezonden stukken wordt door Ondernemer overigens niet naar zijn eigen algemene voorwaarden verwezen.

Consument heeft aangegeven bekend te zijn met zwembaden als deze. Hij heeft eerder een vergelijkbaar type zwembad – van een ander merk – 10 jaar probleemloos kunnen gebruiken. De beoordelaar acht het dan ook aannemelijk dat Consument bekend is met het (normale) gebruik van dergelijke zwembaden. Het materiaal van de liner is vrij sterk. Met andere woorden: iemand moet wel hele vreemde dingen doen om hierin een lek te veroorzaken. De foto’s die Consument getoond heeft laten geen snedes door scherpe voorwerpen zien, maar eerder slijtage aan de bovenlaag. Dat duidt niet op onoordeelkundig gebruik door Consument.

Beoordeling van het geschil
De beoordelaar stelt vast dat er sprake is van een consumentenkoop in de zin van Boek 7 BW. De overeenkomst vormt een koop op afstand; Consument heeft de producten via het internet besteld bij Ondernemer.

Met betrekking tot de algemene voorwaarden en/of garantievoorwaarden van de voorleverancier van Ondernemer waarop deze zich beroept, oordeelt de beoordelaar het volgende. Deze voorwaarden staan niet op de website van Ondernemer. Uit de ingezonden stukken blijkt evenmin dat deze documenten door Ondernemer ter hand zijn gesteld aan Consument voorafgaand aan het sluiten van de koopovereenkomst. Gevolg hiervan is dat Ondernemer zich hierop niet kan beroepen, want deze zijn niet van toepassing op de tussen partijen gesloten overeenkomst. Het gerezen probleem is een geschil tussen Consument en Ondernemer en alleen de inhoud van de overeenkomst tussen deze partijen moet in ogenschouw worden genomen.

Op grond van artikel 7:17 BW heeft Ondernemer de verplichting tot het afleveren van een deugdelijk product. Het product dient te doen wat Consument er bij normaal gebruik van mag verwachten. In dit geval betekent dat een zwembad dat in elk geval z’n 10 jaar zonder problemen te gebruiken is. Alleen door Consument zélf veroorzaakte schade kan daaraan afdoen. Welke partij in geval van schade aan het product aannemelijk moet maken hoe deze schade is ontstaan hangt af van het tijdstip waarop de schade wordt ontdekt. In dit geval ligt de bewijslast bij Consument.

De beoordelaar is van mening dat Consument aannemelijk heeft gemaakt dat de schade buiten zijn schuld is ontstaan. Het geleverde product beantwoordt daarmee niet aan de gerechtvaardigde verwachtingen van Consument. Consument heeft recht op een goed functionerend, niet lekkend zwembad voor tenminste een periode van 10 jaar na ingebruikname.

Beslissing
Beoordelaar acht de klacht van consument gegrond en komt tot de volgende beslissing:

Ondernemer moet een nieuwe liner voor het zwembad leveren aan Consument.

Ondernemer moet als de in het ongelijk gestelde partij voorts het betaalde klachtengeld ad €25,00 aan Consument vergoeden.

Ondernemer dient binnen 14 dagen nadat de inhoud van deze beslissing aan hem bekend is gemaakt uitvoering te geven aan de verplichtingen die volgen uit deze bindende beslissing Indien Ondernemer geen gehoor geeft aan deze bindende beslissing binnen de hierboven gestelde termijn, verbeurt hij een boete van € 50,00 per dag dat hij in gebreke blijft, met een maximum van € 1.500,00.

Aldus beslist door DigiDispuut op 04 januari 2023.